Hoe worden energielabels berekend? 

Het energielabel is zeer relevant voor woningen, maar ook commerciële gebouwen zoals kantoren. Het energielabel van een kantoor geeft een indicatie van energiezuinigheid van het pand, variërend van klasse A (zeer energiezuinig) tot G (energie-onzuinig). Het is verplicht voor kantoren groter dan 100 m2 die door de overheid en bedrijven worden gebruikt. Het verkrijgen van een energielabel voor kantoor kan helpen om inzicht te krijgen in de duurzaamheid van het gebouw en besparingen op energie.  

Waarom is een energielabel voor kantoren belangrijk? 

Het energielabel voor kantoren geeft een overzicht van de energieprestaties, wat steeds relevanter wordt vanwege de duurzaamheidseisen die steeds strikter worden en de toenemende vraag naar energie-efficiënt vastgoed. Een hoog energielabel kan onder andere helpen bij het aantrekken van huurders of kopers die waarde hechten aan duurzaamheid en lagere energiekosten. Daarnaast biedt het inzicht in waar verbeteringen mogelijk zijn, wat niet alleen goed is voor het milieu, maar ook kostenbesparend kan werken.  

Hoe wordt het energielabel van een kantoor berekend? 

De berekening van het energielabel voor kantoren is gebaseerd op een evaluatie van verschillende aspecten van het gebouw. Er wordt gekeken naar de energie-efficiëntie van het gebouw zelf, zoals de isolatie en ventilatie, en naar de energieprestaties van de installaties. Dit zijn de belangrijkste factoren: 

1. Isolatie van het gebouw 

De mate van isolatie van muren, daken, vloeren en ramen speelt een grote rol. Goede isolatie vermindert het warmteverlies en zorgt ervoor dat minder energie nodig is om het gebouw te verwarmen of te koelen.  

2. Verwarmings- en koelsystemen 

De efficiëntie van de verwarmingsinstallatie, airconditioning en koelsystemen heeft een grote invloed op het energielabel. Moderne en energiezuinige installaties krijgen een hogere score, terwijl verouderde systemen het energielabel negatief beïnvloeden.  

3. Ventilatie 

Een goede ventilatie vermindert vochtproblemen en verbetert de luchtkwaliteit, wat belangrijk is voor een gezond binnenklimaat. Ventilatiesystemen met warmteterugwinning, die energie uit afgevoerde lucht hergebruiken, kunnen het energielabel positief beïnvloeden. 

4. Verlichting 

Verlichting is een belangrijke factor, vooral voor kantoren die overdag intensief worden gebruikt. LED-verlichting en andere energiezuinige lichtbronnen dragen bij aan een betere energieprestatie. Daarnaast kan de aanwezigheid van automatische lichtregeling, zoals bewegingssensoren, helpen om het energieverbruik te verminderen. 

5. Energie-opwekkende systemen 

Gebouwen die gebruikmaken van duurzame energiebronnen, zoals zonnepanelen of warmtepompen, scoren hoger op het energielabel. Deze systemen wekken eigen energie op, wat de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen verlaagt en de energieprestatie van het gebouw verbetert. 

Het rekenproces voor het energielabel  

Het berekenen van een energielabel voor woningen en kantoren begint met een uitgebreide inspectie door een gecertificeerde energieadviseur. Deze adviseur verzamelt gegevens over het gebouw, waaronder bouwtechnische aspecten en de installaties voor verwarming, ventilatie, verlichting en koeling. Op basis van deze gegevens wordt een Energie-Index (EI) berekend, die vervolgens wordt omgezet in een energielabel. 

1. Data verzameling 

De energieadviseur verzamelt gegevens over de bouwkundige aspecten en de technische installaties van het kantoor. 

2. Energie-index berekening 

De verzamelde data wordt gebruikt om de Energie-Index (EI) te berekenen, een getal dat de energie-efficiëntie van het gebouw weergeeft.  

3. Label toewijzing 

Op basis van de Energie-Index wordt een energielabel toegekend, van A (hoogste energie-efficiëntie) tot G (laagste energie-efficiëntie). 

De inspectie en berekening worden uitgevoerd met behulp van de NTA 8800-methodiek, de standaard voor het berekenen van energieprestaties van gebouwen in Nederland. Deze methodiek houdt rekening met de Europese richtlijnen en maakt het mogelijk om gebouwen objectief te vergelijken. 

Welke maatregelen kunnen het energielabel van een kantoor verbeteren?  

Er zijn verschillende maatregelen die bedrijven kunnen nemen om het energielabel van hun kantoor te verbeteren. Deze maatregelen zijn gericht op het verhogen van de energie-efficiëntie en het verminderen van het energieverbruik: 

• Isoleren van muren, daken en ramen 

Investeren in betere isolatie verlaagt het energieverlies en verbetert het binnenklimaat. HR++ glas of triple glas voor ramen biedt goede thermische isolatie en verhoogt het energielabel. 

• Vervangen van verouderde installaties 

Oude verwarmings- en koelsystemen vervangen door energiezuinige varianten, zoals een HR-ketel of een warmtepomp, helpt aanzienlijk bij het verbeteren van het energielabel. 

• Plaatsen van zonnepanelen 

Zonnepanelen verminderen de afhankelijkheid van externe energiebronnen en dragen bij aan een duurzamer gebouw. 

• LED-verlichting en slimme verlichtingssystemen 

Het overstappen naar LED-verlichting en het installeren van bewegingssensoren in ruimtes die niet constant bezet zijn, vermindert het energieverbruik. 

• Warmteterugwinning 

Ventilatiesystemen met warmteterugwinning zijn efficiënter en besparen energie door warmte van afgevoerde lucht terug te winnen. 

Het verplichte energielabel C voor kantoren 

Sinds 2023 is het voor kantoren in Nederland verplicht om minimaal een energielabel C te hebben. Dit betekent dat eigenaren van kantoren die nog een D-label of lager hebben, verplicht zijn om maatregelen te nemen om de energie-efficiëntie van hun gebouw te verbeteren. Voldoet een kantoor niet aan deze eis, dan mag het pand niet meer als kantoorruimte worden gebruikt.  

Door het energielabel van een kantoor te verbeteren, kunnen bedrijven hun energieverbruik en -kosten verlagen en tegelijkertijd voldoen aan wettelijke eisen. Bovendien draagt een hoog energielabel bij aan de waarde van het pand en maakt het een kantoor aantrekkelijker voor huurders en kopers.